Uit onderzoek van de Stichting Onderzoek Bedrijfs Informatie (SOBI) blijkt dat DSB Bank sinds 2006 verlies leed en dat het eigen vermogen eind 2007 vrijwel nihil was. In opdracht van Stichting Hypotheekleed onderzocht SOBI systematisch de jaarrekeningen van DSB Bank uit de periode 2005-2008. Volgens SOBI heeft de door de Tweede Kamer ingestelde commissie Scheltema dat niet gedaan. SOBI deed het onderzoek met het oog op door Hypotheekleed voor te bereiden claims tegen o.a. voormalige DSB-bestuurders.
Volgens SOBI-voorzitter Pieter Lakeman zijn de onderzochte DSB-jaarrekeningen op een onjuiste en misleidende wijze opgesteld. Zo werden er winsten getoond terwijl in werkelijkheid sinds 2006 verliezen zijn geleden. Die verliezen werden boekhoudkundig weggewerkt. Dat gebeurde mede door vanaf 2004 elk jaar minder aan de voorziening voor kredietrisico's toe te voegen, terwijl de situatie juist hogere dotaties vereiste. Wanneer klanten hun huis moesten verkopen omdat ze de rente niet meer konden betalen en hun huizen te weinig opbrachten, werden de oninbare restschulden als nieuwe volwaardige consumptieve kredieten in de balans gezet. Deze laatste luchtbel was in 2009 tot 180 miljoen euro aangegroeid. Ook werd voortijdig winst genomen bij de verkoop van koopsompolissen.
Voorts bleef een onvolwaardige vordering van 75 miljoen euro op DSB Beheer BV van Dirk Scheringa (met daarin o.a. diens museum en stadion) tóch als volwaardig in de balans staan. SOBI stelt dat het eigen vermogen van DSB in 2007 al vrijwel nihil was (11 miljoen euro) en snel verslechterde (min 130 miljoen euro in 2008 en min 200 miljoen euro medio 2009).
Volgens SOBI heeft het ontbroken aan een goede informatieverschaffing aan spaarders. De commissie Scheltema is volgens SOBI volledig aan dit aspect voorbij gegaan en deed er - ondanks een uitdrukkelijk verzoek van de Tweede Kamer - geen onderzoek naar. SOBI noemt deze constatering schokkend. De bevindingen in het SOBI-rapport zullen de komende tijd nog worden aangevuld met nieuw (onderzoeks)materiaal. Het stuk is mede bedoeld om claims tegen voormalige bestuurders van DSB en De Nederlandsche Bank inhoudelijk te ondersteunen.
Lakeman meent na bestudering van de DSB-jaarrekeningen eens te meer dat de op 1 oktober 2009 door hem geïnitieerde bankrun meer dan terecht was: "Toen Scheringa bleef weigeren een reële schadevergoeding aan gedupeerden toe te kennen, was duidelijk dat hun belangen alleen nog met een faillissement gediend waren. DSB stond er veel ellendiger voor dan Scheringa wilde doen geloven en was ten dode opgeschreven. Bovendien was de door hem voorgestelde 26 miljoen euro aan schadevergoeding een lachertje. Curatoren hebben nu al toezeggingen tot 350 miljoen euro gedaan en daar komt nog meer bij."
Felle kritiek heeft Lakeman op zowel de commissie Scheltema en De Nederlandsche Bank (DNB): "Dat de commissie geen aandacht heeft geschonken aan de DSB-jaarrekeningen vind ik onvoorstelbaar. Het gaat bij jaarrekeningen om de belangrijkste vorm van informatieverschaffing aan spaarders. De rol van DNB vind ik zo mogelijk nog schokkender. Blijkbaar heeft de toezichthouder de DSB-jaarrekeningen uit de periode 2005-2008 altijd voor zoete koek geslikt en zich laten misleiden. Met alle funeste gevolgen van dien."
Geen opmerkingen:
Een reactie posten